Tuesday, August 7, 2007

Nieuwe tijden.

Dag Allen,

“We zijn niet arm. We hebben een rijke cultuur en beschikken over onuitputtelijke natuurlijke rijkdommen. Alleen heeft men ons nooit laten regeren”. Dit antwoord gaf een Aymara-gezagsdrager, een paar dagen geleden, op een toespraak van de ambassadeur van de USA. Bolivia beleeft nieuwe tijden, waarin men liever spreekt over waardigheid en rechten dan wel over het schrijnend gebrek aan koopkracht en werkgelegenheid.

1. Vandaag (6 augustus) is het de nationale feestdag en de nieuwe grondwet is niet klaar. Er werd dus een nieuwe planning opgesteld, die voorziet in twee referendums, één om twistpunten te beslechten en een tweede over de goedkeuring van de definitieve tekst. Dit betekent dat men nog maanden werk voor de boeg heeft. Voor die verlenging heeft de MAS-partij van Evo Morales aan de oppositie heel wat toegevingen moeten doen, in zoverre zelfs dat de belangrijkste autochtone organisaties (CONAMAQ van het Altiplano en CIDOB van het tropisch gebied) hun onvoorwaardelijke steun in vraag stellen. Het ziet er naar uit dat de MAS stilaan in een soort centrumpositie ingesloten wordt, tussen een aanzwellende oppositie (vanuit de middenklasse) en een kritisch etnisch-cultureel front (zich groeperend in een Bloque Patriótico met o.a. Félix Cárdenas). De vraag is nu welk spel er in het middenveld zal kunnen gespeeld worden en waar er doelpunten zullen gemaakt worden. En ook: hoe zal men de spelregels doen naleven, terwijl men intussen andere normen (een nieuwe grondwet) voor de toekomst opstelt?

2. Over het document van de vijfde bijeenkomst van bisschoppen van Zuid- en Midden-Amerika in Aparecida (Braziíë) werd geen referendum of zoiets gehouden. Het Vaticaan heeft de tekst gewikt, gewogen, bijgeschaafd en vrijgegeven. Ik beperk me tot wat persoonlijke bedenkingen.

a. De publieke belangstelling was in vergelijking met vorige vergaderingen (Medellín, Puebla, Santa Domingo), eerder gering. Zowel op internationaal vlak als aan de basis, bleef het stillekes.

b. De te positieve visie van de paus op de Conquista en de te negatieve kijk van kardinaal Julio Terrazas op het ontvoogdingsproces in Bolivia, werden hier als een slechte start aangevoeld. Wel werden achteraf nuances aangebracht.

c. De meeste aandacht ging naar wat er met de bevrijdingstheologie zou gebeuren, de “optie voor de armen”, de methodiek “zien, oordelen, handelen” en met de kerkelijke basisgemeenschappen. Ze werden niet publiekelijk veroordeeld; hun vertegenwoordigers konden zelfs tot op zekere hoogte meewerken, maar jarenlange afwijzing van hogerhand maakte hen tot schietschijf voor traditionele machtsgroepen. De theologen waren in de verdediging gedrongen. Achteraf hadden ze het bijna alleen maar over wat ze uit de brand hebben kunnen redden. Hun interne vernieuwing is trouwens ook beperkt gebleven, zowel van inhoud als van personen.

d. De verdediging van ecologische en etno-culturele rechten is echter wel uitdrukkelijk aanwezig in het slotdocument, maar dan eerder als bijkomende taken. De vroegere analyses werden aangevuld; er werd geen nieuwe, integrale visie uitgewerkt, met de natuurlijke en culturele verscheidenheid als uitgangspunt.

d. Volgens de journaliste Barbara Fraser (Catholic News Service – www.catholic.org) krijgen degenen die vanuit de kerk opkomen voor het milieu “munitie aangereikt voor hun strijd”. Ze vermeldt daarbij de bisschoppen Erwin Krautler (Brazilië), Pedro Berreto (Peru) en Alvaro Ramazzini (Guatemala) en als organisatie… het “Centro de Ecología y Pueblos Andinos” (CEPA – Oruro). Dat is ons toch wel wat te veel eer aangedaan; er zijn vele andere kerkelijke organisaties die heel wat meer hebben bijgedragen in de strijd voor de milieugerechtigheid. Hoe dan ook, de thematiek is niet meer weg te denken uit samenleving en kerk.

e. Luidt de bijeenkomst van Aparecida een nieuw tijdsperk in? Er was ooit een tijd dat de kerk dacht bij de rijken te moeten aanleunen om de armen te kunnen helpen. Daarna kwam daar de “optie voor de armen” bij, met de bedoeling hen – die zelf steeds minder als “arm” willen bestempeld worden - te steunen in hun eigen dynamiek. Als we kijken naar wat nu gaande is, dat stellen we vast dat we afstevenen op op een kerk die zelf armer wordt, al komt dat niet naar voren als vaststelling en nog minder als optie van de bisschoppen. De vraag is nu als zij ook werkelijk de "kerk van de armen" zal (mogen of kunnen) worden.

f. Vrijdag werd door de lokale regering van Oruro (prefectuur), - toevallig in aanwezigheid van de ambassadeur van de USA, - een decoratie toegekend aan CEPA voor onze bijdrage aan de vooruitgang van het departament. Blijkbaar zijn de criteria veranderd. Dat de zorg voor het milieu en de doorbraak van de Andesvolkeren (traditioneel beschouwd als bedreiging en rem voor de ontwikkeling), als “progreso” worden bestempeld, is een bewijs te meer dat er nieuwe tijden aanbreken.

Vanuit een rusteloos feestend, maar ook wat verontrustend Bolivia,

Gilberto Pauwels

Thursday, August 2, 2007

Inflatie-alarm.

Amigos todos,

Hoe komt het toch dat de populaire regering van Evo Morales voortdurend af te rekenen heeft met stakingen en wegversperringen?

1. Op deze vraag is niet zomaar een eenduidig antwoord te geven. Laat ons een aantal elementen op een rijtje zetten:

a. Van oudsher heeft in Bolivia het syndicalisme politieke trekjes en kenmerkt de politiek zich door syndicale expressies. Rechten worden nu eenmaal afgedwongen: noden worden massaal kenbaar gemaakt.

b. Dat de huidige regering zich beroept op de volksorganisaties, versterkt deze tendens. Spontaan grijpen zij naar hun drukkingsmiddelen.

c. De publieke opinie heeft er weet van dat er financiële middelen voorhanden zijn, veel meer dan vroeger, dank zij de export en de solidariteitsprogrammas. Van een grotere taart wil iedereen een extra stukje meepikken. Die verdeling leidt tot spanningen (maar minder dan bij een slinkend budget).

d. Door de globalisering is het consumptieaanbod enorm gestegen. Men hunkert naar het allernieuwste en velen zijn bereid heel ver te gaan, desnoods tegen anderen in, om toch maar in die molen te kunnen meedraaien.

e. De oppositie, die de meeste communicatiemedia onder controle heeft, wakkert de ontevredenheid aan en smeert alle protest breed uit.

f. Het zijn de rurale, autochtone gemeenschappen die het belangrijkste wapen in handen hebben:massale wegversperringen. De regering van Evo heeft een uitgesproken voorkeursopties voor de hun organisaties en kan dus op hun steun rekenen. Protestacties voor lokale problemen en door beperkte sociale groepen, zijn gemakkelijker te neutraliseren.

g. Dit betekent dat er voor het huidige regime eigenlijk geen alternatief is, zolang de etnisch-culturele groeperingen eendrachtig hun steun blijven betuigen. Elke vorm van inbreuk zou als gevolg hebben dat het land onbestuurbaar lamgelegd wordt. Dat weten de oppositie en de regering.

h. De grondwetsvernieuwing zal in de komende weken tot toenemenede spanningen leiden. Iedere sociale groep of regio wil zijn rechten veilig stellen. Daarbij staan twee moeilijk verzoenbare staatsmodellen tegenover elkaar: het "traditionele" (van de oppositie) en het etnisch-culturele (van de MAS-partij en aanverwanten). De oppositie (PODEMOS) wil dat het via een referendum tot een keuze komt tussen beide modellen. De meerderheid (MAS) stuurt aan op een referendum over alleen maar deelaspecten, nadat hun model als basis aanvaard werd.

i. De jongste tijd hangt er inflatie-alarm in de lucht. Daarmee aanvaardt de oppositie dat er wel degelijk heel wat meer geld circuleert in de brede volkslagen, maar wijdt dit aan smokkel en drugs. De regering verklaart dit "succes" aan de meerinkomsten door uitvoer en zendingen van de migranten (las remesas). Er zijn prijsstijgingen, maar ze beweert alles onder controle te hebben, ondanks de inflatiebevorderende geruchten van haar tegenstrevers. De waarde van de dollar blijft dalen ten opzichte van de lokale munt, de Boliviano (nu 7,91 Bs.).

2. In het Centrum voor Ecologie en Andesvolkeren (CEPA) heeft elk van de vier afdelingen een drukke periode achter de rug. De afdeling "Vorming" organiseerde een cursus over het gebruik van de inheemse talen in het onderwijs. Men rekende op 30 deelnemers. Vorige week werd echter een tweede versie van diezelfde cursus afgesloten. In totaal namen 70 onderwijzers deel. Het Aymara en Quechua zitten in de lift en nog steeds zijn meerdere (buitenlandse) linguïsten, net de steun van CEPA, bezig met de studie van de Chipaya-taal.

3. Afdeling "Informatie". De (kleine) leeszaal van de bibiotheek loopt geregeld vol. Het is echter niet alleen de bedoeling bestaande informatie toegankelijk te maken, maar ook via onderzoek nieuwe kennis op te doen. Het onderzoeksprogramma van PIEB over het sociale en interculturele samenleven in de steden, keurde voor Oruro twee projecten goed. Het ene zal de spreiding van de besteding van overheidsgelden in de stadswijken onderzoeken. De tweede studie zal gebeuren onder de leerlingen van de middelbare scholen. Hoe ver zijn zij bereid te gaan om toch maar te kunnen participeren aan de verlokkingen van de consumptiemaatschappij (jeugdmisdadigheid, prostitutie)? Binnenkort wordt er een volgend onderzoeksprogramma gelanceerd over het impact van de massale buitenlandse migratie op de gemeenschappen vanwaaruit de migrerenden vertrekken.

4. De afdeling "Milieu" is er in geslaagd een inspectieronde van zes dagen te organiseren naar probleemgebieden met leden van de geaffecteerde gemeenschappen, samen met de vertegenwoordigers van de milieudienst van de prefectuur en van drie ministeries (milieu, water en mijnbouw). Eenmaal de verslagen beschikbaar, komt het belangrijkste: de "Coordinadora" van die gemeenschappen (CORIDUP) begeleiden in het zoeken naar duurzame oplossingen.

5. Afdeling "Cultuur". Enkele dagen geleden werd in Challacollo het "Casa de Cultura" ingehuldigd met activiteiten voor jong (tekenen) en oud (verhalen). Evo Morales kwam naar Turco, om er het 50-jarig bestaan van de oprichting van de gemeente te vieren, maar er het Cultuurhuis openen was erniet bij. Het "Colegio Canada" werd er immers met de grond gelijk gemaakt (jammer!) om op dezelfde plaats een nieuw te bouwen en dus werd het Casa de Cultura ontmanteld om voorlopig als computerzaaltje en klaslokaal te dienen voor de leerlingen. Voor alle Culturele Centra die we willen oprichten zijn er goeie perspectieven wat de archeologie betreft, niet alleen om bij te dragen tot het conserveren en waarderen van vindplaatsen en voorwerpen, maar ook tot de territoriale herstructurering in "suyus" (Carangas, Soras, Quillacas, Urus) van het departement op basis van tastbare historische gegevens.

Met een hartelijke groet vanuit een koud, maar bewolkt Oruro.

Gilberto Pauwels